De Ocean Race is een begrip in de zeilwereld. De veertiende editie van deze race om de wereld begint op 15 januari 2023 in Alicante en doet in juni ook Den Haag aan. Gideon Messink voer in een verder verleden drie keer mee en is de laatste edities betrokken als teamdirecteur.
Tussen 2005 en 2010 stroomt de continue drive en passie van Kolenik door het bedrijf en wordt het aanbod steeds allrounder. “Ik verbouwde veel woningen en horecagelegenheden, totdat ik in 2008 mijn eerste grote ontwerp-opdracht kreeg. Daarna is alles in een stroomversnelling gekomen; het aanbod werd steeds completer, met disciplines die naadloos op elkaar aansluiten.”
Gevraagd naar zijn meest memorabele moment, verplaatsen we de aandacht ongeveer vijfentwintig kilometer noordwaarts van Kaap Hoorn naar Punta del Este in Uruguay, in 1986 een van de stopovers. Messink waarschuwt al: met het zeilen zelf heeft deze herinnering weinig te maken, en een heel vrolijk verhaal is het ook niet. “Destijds deed een Russische boot mee, die werd gesponsord door Pepsi. De grote man achter die boot was een Amerikaan, maar dat was niet bekend in de Sovjet- Unie, waar net de tijd van glasnost en perestrojka was aangebroken. De boot was hightech, maar er klopte niets van en hij kwam ook als allerlaatste binnen in Punta del Este. In de Sovjet-Unie werd toen bekend dat het helemaal geen Russisch project was, wat daar voor een enorme rel zorgde. Als crewleden van de Philips Innovator gingen we op een ochtend vroeg hardlopen in Punta del Este, liepen een pleintje op en zagen daar de schipper van de boot, een oud-generaal van de Russische marine, hangen; hij had zelfmoord gepleegd.”
Drie jaar later werd de Whitbread Race opgeschrikt door het overlijden van Tony Phillips, wat ook in het geheugen van Messink gegrift staat. De Brit viel overboord. Hij was een van de in totaal zes zeilers die gedurende de Whitbread of Volvo Ocean Race om zou komen. Op 18 mei 2006 trof de Nederlander Hans Horrevoets, die op de ABN Amro II voer, hetzelfde noodlot. Messink: “Zo’n ongeluk met dodelijke afloop hakt er bij iedereen in de race in. Niet dat ik daar zelf angstiger van werd, ik kende de gevaren, maar je trok ondanks dat je concurrenten was veel met elkaar op tijdens de stopovers. Die duurden niet zoals tegenwoordig slechts twee weken, maar vaak zes weken. We hadden geen crew die onze boten onderhielden, dat moesten we allemaal zelf doen.”
Messink stipt het hier al even aan en doet dat tijdens het gesprek vaker: de Ocean Race van tegenwoordig is bijna niet meer te vergelijken met de Whitbread Races waaraan hij zelf meedeed. Het begint al met de mate van professionaliteit. Messink noemt zijn eigen deelnames vooral ‘avonturen’; inmiddels in de Ocean Race pure topsport. “Ik moest een jaar van tevoren beginnen met trainen, tegenwoordig is drie maanden voorbereiding genoeg, omdat al die gasten al topsporters zijn. Zij zitten sowieso al elke dag in de sportschool. Het leven op de boot zelf is juist veel meer Spartaans dan in onze tijd. Wij hadden nog een kok aan boord, en een ijskast. Tegenwoordig moeten de boten, die zijn gemaakt van carbon, zo licht mogelijk zijn. Dan kun je geen tassen vol met spullen meenemen. Als crewlid mag je buiten je zeilkleding om een klein tasje meenemen. Al het eten is gevriesdroogd, net als bij astronauten.”
“Het is ook ondenkbaar dat je nu op je negentiende kan meevaren,” zegt Messink dan, terugdenkend aan zijn eerste keer. “De sport stond destijds nog in de kinderschoenen, en het was een beetje ons kent ons. Als je eenmaal had meegedaan, werd je nog wel een keer uitgenodigd. Daardoor kreeg je een kliekje van generatiegenoten en werd het voor de jongere generaties lastiger in te stappen. Of voor goede Olympische zeilers om ertussen te komen. Dat heeft, vind ik, de kwaliteit van de race wel een beetje geschaad. Je hebt de doorgroei van jonge, enthousiaste en fitte atleten nodig.”
Het bruggetje is daarmee soepel gemaakt naar de boot waar Messink deze editie van de Ocean Race teamdirecteur van is: NextGen. Veel andere boten richten zich wat naamgeving en campagne betreft op duurzaamheid. Zo heet een van de teams 11th Hour, te elfder ure, doelend op de klimaatveranderingen. Het Nederlandse team – de term NextGen zegt het al – wil vooral de volgende generatie een kans geven ervaring op te doen. Messink: “Natuurlijk omarmen wij die boodschap van duurzaamheid ook, maar er wordt door andere teams al veel aandacht aan besteed. En door de organisatie zelf ook. Zo moeten alle boten monsters nemen op bepaalde plekken in de oceaan, waar eigenlijk geen andere schepen komen, zodat we een beeld van de verontreiniging van het water krijgen.”
“Wij wilden meer inhaken op het kansen geven aan jongelui,” vervolgt hij. “We zijn verreweg het jongste team, waarbij we zeker ook een paar ervaren zeilers aan boord hebben. Zonder ervaring kun je geen Ocean Race varen. Je moet weten hoe hard je een boot kunt pushen zonder dat deze kapot gaat, en hoe hard je de crew kunt aanpakken zonder dat mensen eraan onderdoor gaan.”
Om geen al te grote concessies aan de kwaliteit te doen, werd het project drie jaar geleden begonnen. Al vier keer werd de Atlantische Oceaan over gevaren, puur om ervaring op te doen. Die extra zeemijlen zijn mooi meegenomen, maar de boten in de traditionele VO65-klasse zullen alleen de Europese etappes varen. Wegens geldgebrek zijn de etappes naar Kaapstad, Brazilië en de VS geschrapt, waar eerder door de strenge coronamaatregelen al China en Nieuw-Zeeland als stopover afvielen. Maar iets is beter dan niets.
Sailing Holland trok begin oktober aanvankelijk de stekker helemaal uit de eigen deelname, omdat het niet lukte het budget sluitend te krijgen. Zo’n dertig Nederlandse bedrijven schaarden zich achter het project NextGen, maar door de stijgende kosten en wereldwijde financiële onzekerheden vonden de partijen het niet verantwoord van start te gaan. “Natuurlijk was dat even enorm balen,” stelt Messink, “maar in het huidige financiële klimaat konden we geen risico’s nemen. We hoorden dat meer teams met dat probleem kampten, vandaar dat we samen met de organisatie een afgeslankte en dus goedkopere route bedachten, waarbij alleen de Europese stopovers worden aangedaan. Eigenlijk waren alle teams in de VO65-klasse daar enthousiast over.”
De kans is hoe dan ook groot dat VO65-klasse deze editie zijn zwanenzang beleeft. In Alicante start ook een nieuwe klasse: de Imoca 60. Deze boot, waar geen plek is voor tien maar voor vijf zeilers, is gebouwd op het principe van foiling; door het gebruik van draagvleugels kan de boot los van het water komen en daarmee extra snelheid genereren. Deze boot is de toekomst, zegt Messink stellig. “Het is spectaculair: het ziet er gaaf uit en gaat vaak sneller. Het nadeel is alleen dat het nu nog vooral populair in Frankrijk is, waardoor deze klasse een Frans onderonsje is. En het is geen eenheidsklasse maar werkt net als de Formule 1: er zijn bepaalde paramaters waar de boten aan moeten voldoen, daarbinnen mag je eraan sleutelen wat je wilt. Het wordt dus steeds duurder om een competitieve boot te ontwikkelen.”
De Imoca’s varen wel de oorspronkelijke route van de Ocean Race en maken zich dus op voor een wereldreis. “We hebben nog even gekeken of we een joint venture konden beginnen met een van de teams in de Imoca-klasse, maar dat werd een lastig verhaal,” stelt Messink. “Dan hadden we te veel uit handen moeten geven.”
Kriebelt het eigenlijk nog bij Messink zelf om op de boot te stappen, zo vlak voor de start? “Nee,” zegt hij resoluut. “De laatste keer was ik 35, nu dus twintig jaar geleden. Het was prachtig om te doen, maar je moet er volledig voor gaan. Als je op die boot zit, kun je aan niets anders denken dan aan hetgeen je moet doen. Ik heb nu mijn eigen bedrijf, met vijftien man personeel. Ik kan dat niet zomaar een halfjaar helemaal loslaten. Los daarvan moet je tegenwoordig dus een topsporter zijn om mee te doen. Ik heb zelf niet de illusie dat ik dat ben. Ik zeil nog wel, maar dan recreatief. Soms kriebelt zo’n race om de wereld nog wel, maar ik ben blij dat ik er tegenwoordig op een andere manier bij betrokken ben.”